Geld nodig voor betere schoolgebouwen

Geld nodig voor betere schoolgebouwen

De kwaliteit van het basisonderwijs komt verder onder druk te staan als er niet snel extra geld beschikbaar komt voor de bouw en verduurzaming van schoolgebouwen. Die oproep aan het kabinet doet vice-voorzitter Anko van Hoepen van de PO-Raad in een gesprek met bouwendnederland.nl. Van Hoepen stelt ook dat het energiezuinig maken van schoolgebouwen sneller van de grond komt als schoolbesturen zelf mogen investeren in die gebouwen. De wet verbiedt dit nu. 

Ingrijpende aanpassingen nodig

Uit de Database Schoolgebouwen die Bouwend Nederland in 2013 lanceerde, bleek dat tachtig procent van die gebouwen sterk verouderd is, met een slecht binnenklimaat en gemiddeld een energielabel E. Aan die situatie is nog niets veranderd, stelt Van Hoepen aan de hand van de Monitor Onderwijshuisvesting po/vo die minister Arie Slob van Onderwijs in december naar de Tweede Kamer stuurde. “Driekwart van de schoolbesturen vindt dat er een grote noodzaak is voor ingrijpende aanpassingen aan hun schoolgebouw, vooral op het punt van functionaliteit, milieu, energieverbruik en binnenklimaat .”

Slecht binnenklimaat maakt ziek

Voor het effect van het binnenklimaat in een school op de leerprestaties van scholieren, verwijst Van Hoepen naar een Deens onderzoek: “Een graad warmer in de klas komt overeen met een 3,5 procent lager prestatieniveau. Bovendien zijn bij een slecht binnenklimaat leerkrachten en leerlingen vaker ziek.” Of dit ook geldt voor schoolgebouwen in Nederland, zoekt, legt hij uit, de Universiteit van Maastricht nu uit, samen met de Limburgse onderwijsstichting Movare. De definitieve resultaten van dat onderzoek zijn over vier jaar bekend.

Onderbekostigd

Met de uitkomst van de huisvestingsmonitor en het bekostigingsonderzoek dat de Algemene Rekenkamer vorig jaar deed, is er volgens Van Hoepen nu al veel informatie die aantoont dat er extra geld nodig is voor het onderwijs, niet alleen voor hogere lerarensalarissen maar ook voor gezonde en energiezuinige schoolgebouwen. “Wij zijn ervan overtuigd dat het parlementair onderzoek waartoe wij vorig jaar als PO-Raad opriepen, ook zou aantonen dat het onderwijs in volste breedte onderbekostigd is.”

Gemiste kans

Dat het nieuwe kabinet geen investering in onderwijshuisvesting heeft opgenomen in het regeerakkoord, beschouwt Van Hoepen als een gemiste kans. “Tussen wat gemeenten krijgen voor nieuwbouw van scholen en wat daar volgens het Bouwbesluit voor nodig is, zit nu al een gat van zeg 400 euro per vierkante meter. Wil je met die nieuwbouw nu al voldoen aan het BENG-besluit (bijna energieneutrale gebouwen), dat vanaf 2020 geldt, dan praat je over het dubbele.”

Wetswijziging

Bij de belemmering voor schoolbesturen om de (ver)bouw en verduurzaming van schoolgebouwen zelf ter hand te nemen, draait het, verduidelijkt Van Hoepen, niet alleen om geld maar ook om wetgeving. Wettelijk geldt er voor schoolbesturen nu een investeringsverbod. Hun verantwoordelijkheid rijkt niet verder dan het reguliere onderhoud. Investeringen in schoolgebouwen, zoals in nieuwbouw, renovatie en energiezuiniger maken, is een zaak van de gemeenten, met geld uit het gemeentefonds. De PO-Raad heeft samen de VO-Raad en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) een concreet plan aangeboden aan de minister om de bestaande regelgeving zodanig aan te passen dat renovatie en vervangende nieuwbouw een gezamenlijke verantwoordelijkheid wordt van gemeenten en schoolbesturen.

Politiek moet ook bewegen

Met zo’n gedeelde investeringsverantwoordelijkheid zullen plannen voor (ver)bouw en verduurzaming van schoolgebouwen volgens Van Hoepen sneller van de grond komen: “Dan is er niet meer de strijd tussen de school die renovatie wil en de gemeente die om financiële redenen vindt dat alleen onderhoud wel volstaat. Cruciaal is dat we hierover nu als drie partijen op één lijn zitten en ook een formele status voor ons gemeenschappelijke huisvestingsplan willen inclusief de vereist bekostiging. Daar is die wetswijziging ook voor nodig. Het is nu aan de politiek om op dit vlak te bewegen. ”

Bouw moet meedenken

Bouwbedrijven roept Van Hoepen op vanuit hun expertise mee te denken met schoolbesturen, leerlingen en ouders over het zo flexibel mogelijk maken van schoolgebouwen. Om er voor te zorgen dat die gebouwen in de toekomst makkelijk kunnen worden aangepast aan nieuwe schoolconcepten en aan wisselende leerlingaantallen. “Het bouwbedrijf moet prikkelen in zo’n gesprek en bij wensen van gebruikers kritisch mee durven denken over of die verlangens wel bijdragen aan die maximale flexibiliteit.”
 

Bron: Bouwend Nederland